De laatste jaren is er veel discussie over de noodzaak van geregelde vaccinatie. Vaccinaties kunnen langer werkzaam zijn dan 3 jaar. Bij pups en kittens is het moeilijk het perfecte moment voor vaccinatie te bepalen, omdat ze ook antistoffen van de moeder bij zich hebben. Vaccinatie van pups en kittens is vooral zinvol als deze 'maternale antistoffen' niet meer aanwezig zijn.
Voor een aantal ziektes, te weten Hondenziekte, Parvo en Hepatitis (adenotype 1 en 2), is het mogelijk om een titerbepaling te doen: een bloedtest waarmee we onderzoeken of er voldoende antistoffen in het bloed aanwezig zijn op dat moment. Hiervoor is maar een druppel bloed nodig en de uitslag volgt binnen een halfuur. Deze uitslag wordt ook opgetekend in het vaccinatieboekje, zodat deze ook geldig is voor dierenpensions etcetera.
Met de uitslag kunnen we gericht advies geven: Is vaccinatie op dit moment nodig of kan het uitgesteld worden met een jaar of langer? Is het zinvol om pups en kittens op dit moment te vaccineren of kunnen we beter nog enkele weken wachten?
Niet vaccineren is geen oplossing, meten is weten. Dus het advies blijft: jaarlijks een gezondheidscontrole in combinatie met vaccinatie of een titerbepaling. Bovendien zijn de vaccinaties tegen de ziekte van Weil en tegen Kennelhoest korter werkzaam, dus uw hond zal hier jaarlijks tegen gevaccineerd moeten worden voor een optimale bescherming.
-
